De arme ambachtsman

Waar denk je aan bij een ambachtsman die werkte en leefde in de zeventiende eeuw? Menigeen zal bij deze vraag denken aan een arme werkman, die zes dagen in de week tien uur per dag hard werkt voor weinig geld; iemand die wellicht ons medelijden verdient.

Enige tijd geleden was ik in het Museum Willet-Holthuysen, een voormalig regentenhuis aan de Amsterdamse Herengracht, en daar kwam ik tot het volgende inzicht. Kijkend naar en voelend (is eigenlijk niet toegestaan, ik weet het, maar ik kon het niet laten) aan al die prachtige meubelen met hun verfijnd lijst-, fineer- guts- en beeldhouwwerk kwam één ding overduidelijk naar voren: de lieden die deze objecten hebben gecreëerd, er maanden of misschien jaren aan hebben gewerkt, voelden geen zelfmedelijden maar waren fier op hun verfijning met hamer en beitel.

Nu heb ik geen romantisch beeld van het verleden, ik geloof niet dat de dagelijkse kost gemakkelijk werd verdiend, maar als je iedere dag met tegenzin aan het werk gaat, komt er toch een andere kwaliteit werk uit je handen. Alleen als je de wens hebt te creëren en iets toe te voegen, ben je in staat deze ongelooflijke verfijning te bereiken.

Wellicht gaat het niet om geldelijk gewin, maar zit het in toewijding en aandacht. Zou het mogelijk zijn dat een ambachtsman van 300 jaar geleden zo aan de arbeid begon: met toewijding en aandacht.

Deze werkman leefde met de stoelen en kasten van toen, weliswaar niet om zelf op te zitten of te gebruiken, maar dan toch om ze te doen ontstaan. Waar word ik, Arno Kalfsvel, anno 2011 door omringd? Er staat niet veel van de Zweedse meubelgigant in mijn huis, maar toch komt deze in mijn gedachten.

Wie verdient nu eigenlijk medelijden…